Gele, rode, zwarte kopjes, en een groene.
Door: Jolande
Blijf op de hoogte en volg Germen en Jolande
15 December 2016 | Nieuw Zeeland, Stewart Island/Raikura
Germen las het weerbericht voor: donderdag middag trekt de wind aan tot storm. Dat belooft weinig goeds. Wil ik eigenlijk wel naar Stewart Island? Maar na een hele nacht liggen schudden in de camper neemt de wind in de ochtend af tot een stevige bries met af en toe nog een flinke windvlaag. We bellen de boot om onze trip te bevestigen. De wind is geen probleem voor ze, dit is normaal voor ze. Dus pakken we onze spullen, een rugzakje met waterdicht spul, een cameratas met de camera’s en alle electronica, en twee kleine slappe tasjes met wat droge kleren en niet te vergeten twee zaklantaarns voor de kiwitrip. Om half 10 aan boord, dat bootje is inderdaad niet bijster groot, maar er passen toch al gauw zo’n 50 passagiers op, inclusief bagage. Grote stukken gaan in aluminium dozen afgedekt met waterdicht zeildoek en stevig vastgesjord met spanbanden. Dat gaat niet rollen. We krijgen als instructie: “zitten blijven”. Vlak bij Bluff valt het nog wel mee. Maar zodra we buiten de kustlijn zijn begint het spel. Golven slaan over het dek, waar Germen bibberend nat zit te worden in het buiswater. Er is geen kans op het maken van foto’s, de camera wordt nat. Het lijkt op een enorme kermisattractie waar je alle kanten op wordt geschud en af en toe je maag even in je keel terecht komt. Ik heb nergens last van, nog nooit zeeziek geweest en dus ook nu niet. De zee vertoont enorme witte koppen, plus een kleine van een Mallemok die ik warempel door de open deur op de foto weet te krijgen. De boot toont de nodige groene koppen. Germen redt het einde van de trip net zonder helemaal doodziek te worden, maar komt toch erg bleekjes aan. En half nat en helemaal verkleumd. We worden opgehaald door Phil. In de lodge onmiddellijk droge kleren aan, hete thee en bij de kachel. Daarna komt hij wel weer bij. Annet is zo lief om wat boterhammen voor ons te maken voor de lunch, zodat we niet naar het dorp hoeven. We hadden al geregeld dat ze voor ons kookt, dus ik heb vier dagen kookvrij.
Vanmiddag staat een excursie naar Ulva Island op het programma: een vogelreservaat met een aantal speciale soorten. We zijn de enige deelnemers en Matt is onze gids. Hij kent het eiland als zijn broekzak, weet welke vogels waar zitten en kent hun geluiden. En dan weet hij ook nog het een en ander van de planten die er op het eiland groeien. Maar om er te komen moeten we opnieuw met een bootje, dit keer een watertaxi. Het duurt maar 7 minuten en het water is aanzienlijk rustiger dan wat we vanochtend hebben meegemaakt. Ulva ligt dan ook in de Paterson Inlet, een beschutte baai. Toch is ook dit behoorlijk bumpy. Tijdens onze 3 uur durende wandeling (vooral stilstaan en kijken, het eiland heeft wel 4,5 km aan wandelpad) zien we ongeveer alles wat op het verlanglijstje staat. Er komen foto’s van de Yellowhead (er zijn maar erg weinig broedparen, zelfs op Ulva Island), de geelvoorhoofdkarakiri, een parkiet (ook al een zeldzaamheid), de roodvoorhoofdkarakiri (iets minder zeldzaam), de Stewart Island Weka (nog ongeveer 1000 exemplaren over in de hele wereld, wij zien er 4 van), Kaka’s (nog 5000 exemplaren in leven, wij zien er massa’s), de Stewart Island Robin. Helaas, geen plaatje van de Zuidelijke Zadelrug, alleen maar een glimp. We zullen dus nog eens terug moeten. Onderweg hebben we regen, zonneschijn, hagel, regen, zonneschijn, regen, hagel, enz. Het wisselt elkaar in zeer hoog tempo af dank zij de harde wind. Als we terug komen bij de aanlegsteiger van de watertaxi wacht ons nog een verrassing. Door de harde wind is het tij aanzienlijk hoger dan normaal. Dus schoenen en sokken uit, broekspijpen opgerold en op blote voeten door het water naar de boot. Koud, maar beter dan natte schoenen. Mijn broekspijpen zakken naar beneden en worden dus alsnog nat, de legging eronder blijft zitten en is dus droog. Germen heeft het beter aangepakt en blijft helemaal droog. Matt heeft ook natte broekspijpen. In het bootje heeft schipper Paul een handdoek, we kunnen onze schoenen en sokken droog aan doen.
Op de terugweg blijkt hoeveel harder het is gaan waaien. Onze watertaxi moet de heftigste golven duidelijk ontwijken om te zorgen dat we niet omslaan. Het is een wat spannende terugtocht, maar we blijven allemaal keurig droog. De schipper heeft dit ongetwijfeld vaker bij de hand gehad. In de zon teruglopen naar de lodge, natte spullen uit en uithangen. Germen’s camera hangt ook ergens te drogen. Phil maakt thee voor ons, we worden verwend. Inmiddels stormt het, het is al twee keer wit geweest van de hagel, we hebben wat onweersgerommel gehoord (een zeldzaamheid hier), maar nu schijnt de zon (geen idee voor hoe lang). Binnen brandt de kachel, we maken het ons gemakkelijk.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley