Vrijdag 17 november – Van Longwood naar Oak Hill
Door: Germen
Blijf op de hoogte en volg Germen en Jolande
17 November 2017 | Verenigde Staten, Edgewater
Eerst naar een nabijgelegen stukje natuur, dat we op vorige dagen al hadden gesignaleerd. We lopen een rondje in een zonovergoten maar erg saai bos, rijden dan een eindje, en kijken bij een meertje in hetzelfde natuurgebied. Ook niet veel spannends. Schildpadden. Dan een blik in de gids: Lake Woodruff National Wildlife Preserve, dik een uur rijden maar grotendeels de goeie kant op. We komen op steeds smallere wegen, steken een spoorlijn over, en rijden over een eenbaans- maar tweerichtings-weggetje naar een parkeerplaats waar de wereld ophoudt. Het landschap doet sterk denken aan het Bargerveen: nat, slechts laag begroeid, veel riet en zo, hier en daar een rij bomen. Okee, dat zijn palmen, de thermometer staat 15 graden te hoog, de zon nog méér graden, de vogels zijn haast allemaal gieren, en in de sloten naast het brede wandelpad zien we alligators. Er scharrelt ook een watersnip in het gras van het wandelpad. American Woodcock (Scolopax minor). We komen bij een uitkijktoren. Andere wandelaars melden dat ze otters gezien hebben, en dat lijkt Jolande ook wel leuk. We weten intussen wat er dan gebeurt. We sluipen naar de beschreven plek maar daar is niets te zien. Ditmaal moet ik even achterom kijken. Klik. Nu wil ze graag schildpadden van heel dichtbij.
Weer bijna terug bij de auto passeren we een boom met van die Boat-tailed Grackles er in. Hier in de eenzaamheid hoor je ze veel beter dan in de stad. Ze zingen niet, ze maken allerlei exotische piep- en knarsgeluiden alsof ze roestige scharnieren nabootsen.
Dan gaan we echt op reis, naar het nieuwe adres. Even een supermarkt in, eten kopen voor bijna de hele rest van de vakantie. Bij het nieuwe adres blijkt men de wegen te hebben gewijzigd: onze navigatie kent een oude weg die afgesloten is, en geen andere. Wij zijn echter intelligenter dan Miepie, en we komen er toch. We arriveren op een camping aan een zee-arm, de enige sport is vissen. Het ‘huisje’ met een slaapkamer blijkt een sta-caravan met één ruimte te zijn, en je kunt alleen op een BBQ buiten koken. En in een magnetron. Daar moet ook het theewater in worden verhit; Jolande lust het niet uit de koffiezetmachine. Raar hoor. Wat wel erg goed geregeld is, zijn de zwemmende zoogdieren: lamantijnen en dolfijnen zwemmen hier non-stop langs de steiger.
Ik haal houtskool en een aansteker (lucifers kennen ze niet meer in de VS) en een liter aansteek-vloeistof want dat is de kleinste verpakking. Jolande kookt de kippenpoten in de magnetron voor, we grillen ze in de vallende duisternis, en eten ze met een ‘baked potato’ en sla. Niks op aan te merken.
Dan moeten we naar buiten, want om acht uur gaan ze eindelijk die raket lanceren, en dat kun je hier uitstekend zien. De steiger wordt bezocht door een tiental mensen, en als het acht uur geweest is, beginnen de grappen: they lost the key again (enz). Iedereen is het met ons eens dat je het moet zien, maar men is ook gewend aan uitstel en zo. Morgen een nieuwe kans. Mijn telelens maakt indruk, dat gebeurt vaker, en ik fotografeer in het donker een langsdrijvende zeekoe, onder water, met flits. (De lamantijn is onder water, de rest niet) Hij past er niet helemaal op, de staart ontbreekt. Dat proberen we morgen, met Jolande’s toestel, nog een keer.
Er is hier geen internet, dus jullie moeten geluk hebben.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley