Het peil daalt
Door: Jolande
Blijf op de hoogte en volg Germen en Jolande
14 Juli 2018 | Verenigde Staten, Crescent City
We moeten nog een gezegend eind, want ik moet zo nodig weer grote bomen zien. Nu de Redwoods. Het maakte me niet uit wat Germen ging plannen, maar dit moest op de agenda. En dus gaan we via het Klamath gebergte naar de kust, waar deze reuzen wonen. Die Klamath bergen zijn lastig, want ze gaan oost-west en dus zijn er geen wegen noord-zuid. Dat betekent een eind omrijden. Maar het landschap is mooi en we zien de verschillen tussen de bergketens. Mount Shasta hoort bij de Cascades en is vulkanisch. De Klamath bergen zijn door tectonische werking opgeduwd en hebben mooie ronde vormen. Rechts zien we dus allemaal mooie vulkaanachtige bergen, recht voor ons afgesleten ronde ruggen. En dan heb je langs de kust ook nog de Coastal range en die komt er ook nog eens bij. Kortom, het is een zooitje, maar wel een aardig. Het is er bovendien warm, als je wat lager komt. Onze lunch eten we bij 39 graden Celsius, onder een boom. Dan zakken we verder af naar de kust. Het wordt steeds groener en we vragen ons af of die coniferen soms al Redwoods zijn. Ik heb geen idee hoe ze er uit zien. Redwoods zijn sequioa’s, maar een andere soort die alleen in een smalle strook langs de kust voorkomt. We kunnen ze niet in onze tuin kweken, want ze kunnen niet tegen nachtvorst. Jammer.
Dan komen we in het Redwood National Park en we krijgen een beetje een idee wat ons te wachten staat. Enorme stammen waarvan we vanuit de auto niet kunnen zien hoe hoog ze zijn. En het zijn er veel. We stappen niet uit en maken geen foto’s. Dat moet nog even wachten. Het is inmiddels bijna half vijf en Germen wil wel eens weer achter het stuur vandaan. Dus raggen we door naar de kust, waar ons volgende motel op ons wacht. Mooi plekje, pal aan het strand. Lager kunnen we niet, anders staan we met onze voeten in het water. Een oude boomstronk doet of hij een enorme kikker is. Op de buitentafel liggen een paar sand dollars, de restanten van een beestje dat verwant is aan de zeesterren. Maar ons onderkomen heeft een gebrek: er is geen koelkast. Hoe houden we nu onze essentiële levensbehoeften koel? Lauw bier is niet aangenaam, laat staan lauwe witte wijn. Ik zie iemand een koelbox omkeren om het water er uit te laten lopen. Natuurlijk, we halen gewoon wat ijs bij een benzinestation. En zo staan inmiddels alle spullen die koel moeten blijven in een grote prullenbak, omringd door ijs en afgedekt met onze fleece jassen en de handdoeken van het motel. Komt allemaal goed.
Inmiddels rolt de zeemist binnen. De kaap verdwijnt in de wolken, strandgangers keren naar huis. De vloed komt op. Germen kiekt nog een paar gevederde vrienden. Maar er moet ook nog wat gegeten worden en ons onderdak biedt niet de gelegenheid om te koken. Dus gaan we opnieuw op stap. Een eindje verder langs de kust is een seafood restaurant. Buiten liggen pelsrobben op vlotten. Binnen zijn enorme wachtrijen. Moeten we dus reserveren. Goed plan voor morgen. Verder dus maar. De Mexicaan ziet er uit als een cafetaria, het volgende restaurant belooft ook alleen fastfood in een niet erg charmante omgeving. Voort dus, James, tot we deze badplaats helemaal uit zijn, niet verder kunnen omdat de oceaan onze weg verspert en we een lodge vinden die aan alle eisen voldoet. Het is er niet vol, we hebben uitzicht op zee, er liggen linnen servetten op tafel, kortom, het ziet er uit als een restaurant in plaats van een vreetschuur. We worden niet teleurgesteld. Het eten is goed en de porties zijn zelfs voor ons redelijk hanteerbaar. Inmiddels heeft de mist alles teruggebracht tot een kleine wereld. Buiten is het 15 graden. We willen een trui aan.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley